Toch nog een buitenlandse “trektocht” in 2021. Om het Covid-eenvoudig te houden hebben we gevaren vanaf een tweetal campings. Beide campings waren totaal verschillend. De eerste camping was rommelig, maar verder prima, en de tweede tot in de details georganiseerd.

De camping was bij een haventje in Prieros bij het riviertje de Dahme en zuiden van Berlijn. Het lijkt gemakkelijk instappen, maar dat viel toch een beetje tegen. De helling was glad en langs de havenkant lagen bootjes.

Op de eerste dagtocht over de Dahme wilden we de sluis omzeilen. Er was een voorziening met rails en karretjes. Grappig om een keer gedaan te hebben, maar al met al was het toch nog een heel gesleep.

We hadden in Prieros prachtig weer. Hieronder varend op de Dahme.

Dat is het nadeel van met de auto naar een camping rijden. Veel overbodige rommel wordt meegenomen. Dat kan heel ver gaan. Te ver naar mijn idee.

‘s-Avonds was de camping bij sommige vaste plaatsen feestelijk verlicht.

Je ziet dat er inderdaad veel meegenomen was: stoeltjes, tafeltjes, barbecues, fietsen etc.

Op sommige rustplaatsen was het heel gemakkelijk in- en uitstappen

Ook hier was het warm en was afkoeling hard nodig, maar in de verte kwam de regen er al aan.

De laatste dag op de eerste camping werd het wat minder weer.

De tweede camping in het Spreewald: Zelten am Ostgraben. Alles was keurig geregeld. Je ziet dat er geen kano’s bij de tenten liggen. Er stond een nummer bij de tent en hele lijsten wat er wel en niet mocht.

De kano’s liggen inderdaad netjes bij elkaar.

Het was een mooie omgeving om te varen. Vaak door de bossen en op smalle watertjes, waar je alleen kano’s en punters tegen kwam.

Het lijkt soms wel een beetje op Giethoorn.

Op de achtergrond zie je de postbode met de punter

Ook de politie had er een, maar dat zat ook wel een motor op.

Er waren hele rustige stukken, maar ook toeristische, Giethoornachtige, plekken waar massaal kano’s in het water werden gesmeten en iedereen door elkaar krioelde.